Grond…

feb 5, 2020
Waterlands Bende van Ellende (part eleven)

Aarde, bagger, zand, blubber en prut, zo laat het gazon in Hoorn zich het beste omschrijven. Gelukkig zijn Rugbyers niet vies van een beetje modder en zijn zij, voor hun reden van bestaan, ook niet afhankelijk van een egaal groen biljartlaken. Een strak, groen veld, voorzien van perfect gemillimeterde grassprietjes, gerangschikt, gekamd en geborsteld. Nee, voor de edele Rugbysport is een omgeploegde akker, met een paar verdwaalde klodders gras goed genoeg. Lekker zwaar ploeteren en laat achteraf die wasmachine zijn werk maar doen.

“Huilend Rood-wit-blauw-Hart…”
Dex heeft de lappenmand verlaten en keert weer terug bij de selectie. Zijn plaats in de lappenmand tussen de andere geblesseerden is ingenomen door Quentin. Nieuw binnen de gelederen is Valentina, zij versterkt de Legende en brengt een hoop snelheid met zich mee. En die snelheid konden we goed gebruiken in de eerste wedstrijd tegen Haarlem.
Op gebrek aan enthousiasme kunnen we de Legende niet betrappen in deze wedstrijd tegen Haarlem. In de eerste helft probeert het team iets van de grond te krijgen en dat lukt met moeite. De ‘Donkerblauwen’ spelen zoals we van hen gewend zijn. Heel verzorgd gaat de bal van hand tot hand en worden er dus veel passes gegeven. Doordat zij aanvallend ook mooi in een schuine lijn achterelkaar lopen, loopt er altijd een Blauwhemd naast de baldrager die ook aanspeelbaar is. Per pass levert dat weer terreinwinst op. De Waterlandse brigade stelt daar veel inzet tegenover en knokt zich goed in de wedstrijd. Er is goed ingezet op de Ruck en er wordt veel gebuffeld en weinig ‘shit geshoveld’. Het Rood-wit-blauwe-Waterlandhart laat een traan bij de aanblik van het scorekaartje na de tweede helft, maar is ergens ook geraakt door de schoonheid en het verzorgde spel van de opponent. Haarlem – RCW 6-5.


“Rommelig…”

De Hawkes zijn met een krappe bezetting naar Hoorn getogen en hadden best wat strijders uit de brede selectie van coach Wesley kunnen lenen, maar geven er de voorkeur aan om zes tegen zes te spelen in plaats van acht tegen acht. Iets wat in meerdere opzichten jammer is. Geheel in de fairplaygeest van het Rugbyspel treedt ook de Legende van Ellende aan met zes spelers. De andere 6 kinderen moeten zich warm zien te houden in weer en wind. Met minder spelers op hetzelfde veld ontstaat er ook te veel ruimte. De Benjamins leren verdedigd de rijen te sluiten en in aanvallend opzicht te speuren naar openingen en tactische loopacties om de gaten te forceren. Door zes tegen zes te spelen op hetzelfde veld, is er minder balans in het spel en worden de matadors van de toekomst niet uitgedaagd tot de essentie van Rugby: landje veroveren. In deze rommelige pot tegen de Hawkes krijgen de Waterlanders ook geen voet aan de grond. Er wordt over en weer wel gescoord, maar de flow die we vorige week zochten ligt duidelijk niet op het veld van de WestFriezen. De Legende loopt aan de grond en blijft steken op een nederlaag 7-5 voor de 6 Hawkes.

“Die had ook kouwe biene?!”
Ook de coach van de WestFriezen had voor het laatste potje geen trek in invallers uit Purmerend. Dus ook hier weer de fairplaykaart gespeeld en akkoord gegaan met een potje zes tegen zes. Enige gemakzucht kan de Legendeleden niet ontzegd worden in deze laatste pot, maar misschien zat er ook niet meer in. Een Try is pas een Try als je de bal in het Try-gebied op de grond drukt, maar daar moet je dan wel eerst zien te komen. Dat doe je door gebruik te maken van de ruimte en die was er ook in de wedstrijd tegen Hoorn. Nu was het ook niet zo dat we met de grond gelijk gemaakt werden, maar op grond van de uitslag is een 3e verliespartij niet te ontkennen. WestFriezen – RCW 7-4.

De eerste MVP van Februari heet Dex, ook wel bekend als ‘de Geit’. Hij kreeg de beker uit handen van Wesley met de toevoeging dat hij zich nu ook verdedigend goed heeft laten zien en een paar puike tackles heeft uitgevoerd. Gelukkig is hij weer terug na zijn blessure en zet zich de komende weken weer in voor volk en Waterland.

“De grond is je vriend…”
We boren ze niet de grond in, maar steunen, knuffelen en hebben lief tot aan de maan en terug. We geloven in de Legende, het is immers een team met immense potentie en bijna mythische mogelijkheden(oh ja en onze kinderen spelen er in mee). Volgendeweek strijden we op de zandgrond van Castricum weer om de eer en het plezier. We worden steeds sterker in de Ruck en gaan deze volgende week nog meer gebruiken. De technische staf memoreerde zaterdag al aan een oud Rugbygezegde (omstreeks 1836): “Liever als een olifant liggend in de wei, dan als een struisvogel zonder ei”. Met andere woorden de grond is je vriend, laat je tackelen, vertrouw op onze goede Ruck dan houden we balbezit en komt de Try-lijn van de ander steeds naderbij. Blijf in de buurt van de baldrager, dan ben je aanspeelbaar of kunt de Ruck opzetten.

Tot zover een grondige analyse, tot volgende week…!

Let’s go Monsters